Wollah - Reisverslag uit Ouarzazate, Marokko van Stephan - WaarBenJij.nu Wollah - Reisverslag uit Ouarzazate, Marokko van Stephan - WaarBenJij.nu

Wollah

Door: Stephan

Blijf op de hoogte en volg Stephan

20 Mei 2018 | Marokko, Ouarzazate

Een verheffend gesprek op het treinstation van Tanger:

Hij: Wollah broer, waar ga je?
Ik: Luister vriend, ik leg een Moorse route af.
Hij: Ik zweer je! Wat is deze?
Ik: Dat is een tocht in Andalusië en Marokko langs Moorse achterlaatselen.
Hij: Alhamdallah, maar waar ga je nu?
Ik: Naar Fès.
Hij: Wollah, ga je tapijt kopen?
Ik: Zeker niet... heeft je neef daar een winkel?
Hij: Dit is niet mijn winkel, vriend!
Ik: Waar is hier de nooduitgang?

Onze Moorse makkers... eindelijk even Rotterdam-Zuid ontvlucht en lekker op bezoek bij familie, zitten ze alsnog met me opgescheept. Weer zo’n stuk kaas (zonder moeders de vrouw dit keer) dat een Rotterdamse Marokkaan tegenkomt in Marokko en interessant gaat staan doen. Wat is deze met die tattas?

Maar goed...

Vroeger, toen de Moren de Maghreb stichtten en Zuid-Spanje overnamen (en Al-Andalus noemden), had je nog eens serieuze kalifaten. Fermer dan dat getrut van Daesh in Syrië en meer sporen achtergelaten hebbend dan alle eigentijdse satellelietschotels in West-Europa bij elkaar. Het zijn die sporen die het interessant maken, vandaar een Moorse route. En okay, ook de zoektocht naar een broodnodige nuancering van Marokkaanse stereotypen... zonder gelijk policor te gaan doen.

De route begon in Andalusië en dus met een vlucht op Malaga. Met plaatsvervangende schaamte zit je dan tussen de klappende bejaarden, omdat ook deze automatische piloot met een succesvolle landing weer eens een blik levens in stand heeft gehouden. Het Costa del Sol-volk volgde de vrouw met de TUI-paraplu, ondergetekende knalde de VW Polo nog dezelfde avond naar Granada.

In Granada ligt de Alhambra. Een Moors kasteel met van die Maghrebijnse tierelantijntjes. Als je je eerst een weg baant door de massa van Marokkaanse tapijtverkopers, de ontzettend traag stiefelende behaarde bejaarden én de illegale kansenparels uit de Sahel, dan mag je in de rij gaan staan om het Paleis van Nazir te zien. Fier paradeerde ik langs de rij met mijn via internet aangeschafte kaartje. Wollah tattas! Kalief Nazir had allemaal ornamentjes laten maken in zijn paleis, fraaie tuintjes aangelegd, wat muren met kantelen eromheen gezet en een blik fonteintjes open getrokken. Goed spul. En de Moorse wijk op de heuvel met regelmatig uitzicht vanaf terrasjes op de Alhambra... ook goed.

Daarna vlot door naar Cordoba, want daar staat de Mezquita. Een tot kerk omgetoverde moskee met de vele bekende rood-witte bogen. Dat was een fotografiewalh-Allah (hij maakt hem) en ook de Moorse wijk hier schijnt heel mooi te zijn. Maar daarvoor moest je door de toeristenmassa heen kunnen kijken. Ik wilde dat wel kunnen, maar mijn drie wensen waren al op. De geest was al terug in de fles.

De volgende halte was een stuwmeer in de richting van Ronda. Daar even een paar avonden bijkomen van de Moorse tegeltjes en overdag de Caminito del Rey lopen. Een wandeling van vier uur over hangende paden, vastgezet aan kliffen. Het kan kennelijk ook in een krappe twee uur. Beetje doorlopen mensen. De omgeving van rotswanden en heuvels rondom het stuwmeer was later ook perfect om te scheuren. Verlaten weggetjes werden een kerkhof voor insecten, door te crossen met de Polo en de mountainbike (omlaag dan, want omhoog in de chasse patate).

Met een dun zuidwestelijk windje zullen de Moren voorheen vast ook met de boot in Gibraltar aan zijn gekomen. De Britten hebben echter zorgvuldig alle invloeden uitgewist... behalve de berberapen op de rots van Gibraltar. Toch even kijken. Na een wandeling over de grens en over het vliegveld waren de menukaarten in het centrum van Gibraltar ineens Engels, de gerechten smerig Brits en kreeg je nondeju dood bier voorgeschoteld. Zucht, alles moet je hier uitleggen.

Een vlucht omhoog betekende het beklimmen van de rots van Gibraltar. Zij met afdoende hersenactiviteit doen dat met aardig wat water, maar ondergetekende had een half litertje voor vier uur lopen. Toch de werking van dood bier wat overschat. Of onderschat? Onderweg werd er gewaarschuwd voor overstekende hagedissen, slangen en apen en redde ik een Duitser door hem weg te trekken toen er zo’n voormalige rifaap (aapjes zijn hier namelijk neer geplempt vanuit Marokko) op hem wilde springen. Aan de achterkant van de rots vervolgens een lange serie trappen en modderpaadjes naar beneden genomen door een wonderlijke wereld vol bloemen, om vervolgens in de pub te eindigen. Je moet wat.

En toen moest het gebeuren... de ferry van Algeciras naar Tanger Med over de Straat van Gibraltar. Lekker met Roemeense vrachtwagenchauffeurs ouwehoeren in de rij aan boord voor een paspoortstempel en met schaamte toegezien hoe de waarschijnlijk enige vrouw aan boord verbaal en visueel werd onteerd. Ik vermoed echter dat ze als wraak volop in hun broodjes heeft gespuugd. Ze lachte in ieder geval breeduit toen ik die van mij kreeg.

Nee, dan sommige Maghrebijnen. Eerst bleek het Marokkaanse Intershipping me een kaartje te hebben verkocht, terwijl hun ferry’s niet eens varen. De opvolgende principiële discussie leidde tot niets, dus maar een kaartje bij een Spaanse rederij gekocht. Vervolgens had ik het binnen een kwartier na aankomst in Tanger al met een taxichauffeur aan de stok. Hoewel de Islam nog wel wat verlichting kan gebruiken als het om de mannenliefde gaat, was deze Berberse taxichauffeur driftig bezig mij, kennelijk dus zonder gewetensbezwaren, flink te naaien. Vervolgens ook nog dat verheffende gesprek op het treinstation van Tanger en dan heb je eigenlijk al gegeten en gedronken met de ontmoete plaatselijken. Maar ja, dat mocht dus niet overdag, want het is Ramadan.

Wordt leuk man een weekje Marokko zo...
Ja, toch zeker wel! Things get better...

De trein vertrok uit Tanger richting Fès en gedurende 4,5 uur zat ik met twee door de telefoon krijsende jongedames opgescheept. Eerst zaten Khadija en Fatima lekker stringent met het hoofddoekje op, maar toen ze merkten dat die tatta geen f*ck geeft, gingen ze een voor een af. Wat schuchter keken ze me aan, maar aan het einde van de rit (lees: 4 uur gehad om te ontdooien) kwamen er toch wat Franstalige zinnetjes uit. Boeiender nog was het uitzicht. Een zee van bloemen, hele bataljons aan ezeltjes en geiten en kleine dorpjes trokken voorbij. I like it!

In Fès werd het interessant. Na een nachtje in een hotel in de oude medina, begon ik aan een vroege tocht langs de markten. Het was nog lekker rustig in de straatjes en er was vriendelijkheid alom. Vrouwen groetten, mannen knikten, ezeltjes balkten, kinderen wisten tegen betaling de weg in het doolhof van straatjes en de boel was bijzonder fotogeniek. Lieve Marokkaantjes wel. Na weer een dadeltje te hebben geproefd, draaide ik me om en staarde recht in de ogen van een gedecapiteerde dromedaris. Een duidelijk signaal dat je als ongelovige dromedaris hier ook weer niet té bijdehand moet gaan lopen doen. Verder een mooie medina vol markten, ingebouwde moskeeën, dakterrassen, lekkere dadels en tajines, prettige mensen, stinkende leerververijen en ezeltjes.

‘Snel’ door naar de Zizvallei. De bus naar Errachidia ging er eens lekker acht uur over doen en in plaats van de snelweg te nemen, deden we natuurlijk ieder fricking Rifdorp aan wat me maar op de kaart konden vinden. Overal lekker een kwartier stil staan op het busstation en met de plaatselijke zetbaasjes en quasi-belanghebbenden (ook hier weer) naar het inladen van goederen en bagage kijken. Maar wel weer een gave busrit. Het landschap ging van weelderig groen en bloemrijk akkerland naar besneeuwd Atlasgebergte en kurkdroge woestijn. Bij ieder busstation werd de hele businhoud verwisseld, enkel een lachebekkie en ik deden de hele rit.

Vervolgens een onverwachte ontwikkeling. Een eindje voor de plaats Zeida stapte een jong, knap juffertje in en ging naast me zitten. Ze had niet direct gezien dat er een tatta naast haar zat en had het een tijdje moeilijk met zichzelf. Ze durfde niet te kijken, blozen tot en met, giechelen met een ander juffertje in de bus, hoofddoekje toch maar af, haar beetje mooi maken, even wimpertjes checken in de spiegel, overleggen met lachebekkie over het maken van contact en ineens zwaaide ze (ze zat naast me, maar goed). Tussen het 20-jarige gegiechel door kwamen er dan toch wat Franse obligate vragen uit en leefde ze helemaal op. Toen mijn makker lachebekkie nog even aanhaalde dat ‘elle est amoureuse’ (verliefd), vluchtte ze volop blozend de bus uit bij de volgende stop. Je weet toch, tatta maakt ze overal wild.

Goed, nu er geen Marokkaans bijhuwelijk volgde en daarmee ook de bekering vertraging opliep, stapte ik maar ergens in de Zizvallei uit bij een hotel aan de palmeraie. In de adobekleurige vallei stond het vol met palmbomen vol dadels en was het lekker groen en koel. Met het personeel vervolgens nog hard gelachen (ik was de enige gast) toen ik op aandringen van de eigenaar (!) een bommetje in het zwembad maakte en tijdens de sprong ‘Allah akbar’ riep. Ze snapten dat je lekker luchtig met dit soort dingen om moet gaan, dan valt er tenminste nog wat te lachen, en de eigenaar werd daarop mijn vriend (of broer). Hij reed me de dag erop, breeduit vertellend over onder andere allerlei gevoelige Mohammedaanse thema’s, in anderhalf uur naar de Saharawoestijn. Waarschijnlijk in de hoop dat daar door de nomaden vervolgens definitief zou worden afgerekend met deze provocerende ongelovige. Maar aardige geste van hem. Grappige en intelligente vent ook.

Bij het plaatsje Merzouga beginnen de rode duinen van de Erg Chebbi-woestijn, een uitlopertje van de Sahara. Eerst een hele tijd geel-zwart gesteente in de woestijn en dan ineens hoge, rode duinen. Een geweldig gezicht en het hoofddoel van de trip. Uiteraard werden we op zo’n dromedaris gehesen en iedereen die dat ding een kameel durfde te noemen zou worden gestenigd. Dus iedereen braaf en zwijgend op die rij kamelentenen (oh wacht) en door naar een tentenkamp op een uurtje dromedarishobbelen afstand. Het kamp werd omringd door hoge duinen en dat was koren op de molen voor ondergetekende. Met gezandstraalde ogen, schrale longen en verbrande blote voeten kwam ik boven op de hoogste duin aan. Het uitzicht was geweldig zandrijk!

Nou en dan zit je daar boven op dat duin, en dan hoor je de andere tattas uit kaasland al aankomen. Twee Brabanders, dus nou dan weet je het natuurlijk wel. Gedrieën vierden we des avonds in de berbertent mijn verjaardag met een fles uit Spanje meegesmokkelde montilla (dessertwijn). En uiteraard... als er arak (drank) op tafel komt, dan zijn ook de afvalligen onder de nomaden ineens daar. Daar ging m’n fles. Misschien maar goed dat er werd gedeeld, want met een kater om vijf uur des ochtends een duin opklimmen voor een zonsopkomst is ook niet alles. Zeker niet als je hem mist, omdat de zon door het schuiven met tijdzones door de Ramadan al een uur op was. Briljant weer.

Team Brabant gaf me vervolgens een lift naar Rissani om me daar bij de grand taxi’s te dumpen. Maar aangezien mijn bestemming de komende uren niet vanuit Rissani werd bediend, namen ze me ook mee naar Alnif. Kei schattig! Onderweg een kurkdroog landschap vol prikkelbosjes en mooie kloven en bergen. Dankbaar voor de lift verliet ik ze in Alnif alsnog en nam een grand taxi naar Tinehrir. Daar ligt de Todrakloof en daar wilde ik de middag eens wandelend doorbrengen. De chauffeurs van de grand taxi’s daar vonden echter van niet, want er kwam er geen een voorbij. Uiteindelijk kwam er een lift tot stand, maar dat leverde maar vijf van de twintig kilometers richting de kloof op. Dus maar door de oase vol palmen teruggelopen langs akkerbouw, ezeltjes, altijd weer die witte reigers en inmiddels ook kasbah’s. Terug in het dorp zette ik mijn beste Frans in om een mountainbike gehuurd te krijgen van een gast voor de volgende dag, zodat ik lekker zelfstandig de kloof kon bereiken.

Je verwacht het niet... dan sta je daar om acht uur des ochtends en komt ‘ie met een lulverhaal over de ketting. Die mountainbike ging dus niet door. Maarrrrrrrr... in de ochtend rijden de grand taxi’s wel, dus minuten later zat ik er in een en werd ik er weer uitgekieperd bij de kloof. Echt een goed kloofie en lekker getippeld. Na een paar uurtjes vond ik het wel gescheten en moest er weer zo’n grand taxi ingezet worden om terug te geraken. Maar die krengen waren natuurlijk nergens te vinden, dus zo begon een wandeling van 12 km terug naar Tinehrir. Na 3 km lopen, meerdere liftpogingen en een afgebroken poging achterop een brommertje (te zwakke bagagedrager) kwam er toch een keer een grand taxi aanzetten. En dan ben je voor 7 dirham (70 cent) weer terug.

Na een busrit van drie uur langs de Atlas volgde de laatste halte Ouarzazate. Hier hebben ze de kasbah eens goed gepimpt en in een dorp verderop (vaak verward met Ouarzazate) ligt een kasbah fraai tegen de berg op, bekend van nogal wat films en series. Daarmee kwam anderhalve week aan up-tempo Moorse route ten einde.

Om een wederom lang verhaal kort te maken: Al-Andalus en de Maghreb... lang zo beroerd nog niet. Geen hangende en sissende bontkraagjes, wel veel groetende petjes en trainingspakjes en volop keurige, vriendelijke en gastvrije mensen. Verder ook goed eten (al blijft die couscous zwaar overschat) en flink wat te zien. Daarbij... Ramadan leidt voor tattas niet tot hinder en elke dag om vier uur des ochtends wakker worden van een azaan (oproep tot gebed) went vast ook wel... nou ja... Inshallah.

Moorse route... check! Enkele statistieken:
- Reistijd over land en zee: 29 uur.
- Afgelegde afstand: 1772 km.
- Vervoersmethoden: fiets, auto, brommer, bus, trein, grand taxi, petit taxi, ferry en lopes.
- Pas-op-borden gezien voor: hagedissen, berberapen, slangen, vliegtuigen en dromedarissen.
- Wachttijd op busstations: 2 uur.
- Kopjes thee gedronken: 14, waarvan 1 vrijwillig.
- Hoogste snelheid op een bergweg: 123 km/h, ook onvrijwillig.
- Opvallend: iedere minaret heeft een ooievaarsnest op het dak.
- Aantal ezeltjes gezien: tientallen!
- Geitjes: ontelbaar!

  • 20 Mei 2018 - 21:22

    Nico:

    Naar aanleiding van de foto's die je ons stuurde, hebben we al onze eigen foto's van Marokko nog eens bekeken. Inderdaad een mooi land.
    Ik was s'ochtend wel op tijd bij de zonsopkomst bij de rode duinen. Indrukwekkend.
    Je kunt het in Lelystad op de film komen bekijken.
    Hier gelukkig geen Ramadan, tenminste niet bij ons.
    Goede terugreis,
    Hetty en Nico

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Marokko, Ouarzazate

Explore the World

Zuid-Amerika, Europa en Oost-Afrika...

Recente Reisverslagen:

10 November 2019

Kamelenteen

22 December 2018

Zeekoei

08 December 2018

Tiger beach

20 Mei 2018

Wollah

04 Maart 2018

Chillen in Chile
Stephan

Madrid, Mexico, Guatemala, Belize, Dallas, Costa Rica, Panama, Los Angeles, Hong Kong, Maleisië, Thailand, Laos, Vietnam, Cambodja en Helsinki...

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 1341
Totaal aantal bezoekers 165270

Voorgaande reizen:

10 Juli 2009 - 31 December 2013

Explore the World

Landen bezocht: